De Briancon syn. Prune de Briancon

Zeer oude soort uit de omgeving van Briancon (F). Mogelijk een kruising van pruim en abrikoos.

Middelgrote ronde vrucht, oranjegeel met een blos met diepe naad, die er wat abrikoosachtig uitziet. Geel vruchtvlees. Goed smakend. Mogelijk een oude kruising tussen pruim en framboos. Kleine boom, die goed draagt.

Augustus.

Dessert en keuken. Uit de kernen van de pit werd vroeger een gewilde olie geperst.

Bonte Keizerspruim, syn Charbon Rouge, Geflammte Kaiserpflaume,  Gluehende Kohle

Middelgrote pruim, Cilindrische en aan beide zijde afgeplat, met een diepe naad. Oranjegele schol met een rode blos. In de blos staan rodere puntjes met soms doorschijnend gele vlekjes. Soms ook wat paarse vlekjes. Bij een slechte zomer komen er zwarte vlekjes op de vrucht. Wit bedauwd. en bij de steel iets afgevlakt. De steel, die niet helemaal in het midden van een een ondiep holte staat,  is heldergroen met bruine vlekjes. Bij rijpheid helder rood, vandaar de naam. Geel, teer, bijna doorzichtig en geaderd vruchtvlees, beetje droog. Vast, sappig, zoet en wat flauw. De steen laat niet helemaal los.

Half augustus.

Matig groeiende, warrige boom met afgerond platte kroon.

Nb. Volgens sommige dezelfde als de Hollandse Gestreepte Kwets,  Wordt verward met de Rode Diapree.

Excalibur

Vrij bestoven zaailing in 1989 gewonnen in het Hortical Research International, East Malling, Engeland. Geïntroduceerd in 1992.

Grote ei-ronde oranje-rode vrucht, veelal sterk bedauwd. Vruchtvlees oranjegeel, sappig en met een goede smaak. Steen zit los.

Zeer sterke en steile groeier, daarom verdient een zwakke onderstam de voorkeur. Erg nachtvorstgevoelig. Wortelsnoei kan de vruchtbaarheid vergroten en de groei beperken. Matig vatbaar voor loodglans. Dunnen is niet nodig. Vaak last van wespenschade.

Eind augustus.

Dessert en keuken.

Mamelonée Rouge

In de 18e eeuw gevonden door mr. Sageret in Montrieul (nabij Parijs).

Middelgrote vrijwel ronde vrucht, de steel staat op een bobbel (tepelvormig), vandaar. Gele ondergrond en rood gemarmerd vooral aan de zonzijde. Gelig, stevig vruchtvlees, sappig, zoet en met een nobel aroma. De steen laat los.

Middelsterke groeier, die snel draagt.

Tweede helft augustus.

Dessert.

Er is een gele vorm: Mamelonée Jaune.

Marunke is een synoniem van de meerdere oude pruimenrassen: de Ackermannspflaume, de Witte/Gele Eierpruim en de Rode eierperuim.

De eigenlijke Marunke is een fraaie, grote,  ronde pruim, met de vorm van een abrikoos, maar met een minder diepe naad. De schil is rood en aan de zonzijde is ze paars en bezaaid met goudgele stippen, die door het zware blauw heen schijnen. De steel is zeer kort en aan het eidne heeft ze een klein puntje in een holte. Geelgroen vruchtvlees, sappig, zoet en zeer aromatisch. De steen ligt los.

Half augustus.

De boom heeft kleine blaadjes verdraagt snoei goed.

Oranjepruim

Knoop noemt een Oranjepruim. Grote hoog ronde vrucht, geel met oranje  en met rode stippen. Lijkt veel op de Dubbele Boerenwitte maar heeft meer kleur.  Iets langer dan rond.  Geel, zacht, sappig  en smakelijk vruchtvlees. De steen laat los.

Goed groeiende boom, die rijk draagt.

eind augustus, begin september.

Dessert.

Prince of Wales

Gewonnen als zaailing van de Prune Monsieur door kweker Chapman te Brentford (E) en door hem geïntroduceerd in 1830.

Middelgrote hoogronde vrucht, donkerrood met veel fijne geelbruine stipjes en dik roze bedauwd. Ondiepe naad. De schil laat zich gemakkelijk verwijderen. Korte stevige steel staat in een kleine ondiepe holte. De steen laat niet geheel los. Goudgeel vruchtvlees, sappig, wat grof, rins-zuur en mild aromatisch. Sterk groeiende middelgrote steile boom met een open kroon, die zeer rijk draagt.

Begin september. 

Dessert. Beter als keukenpruim.

Royale syn. Franse Rode Pruim, Konings-Pruim, Roi, Prune Rojale, Royale

Middelgrote tot grote ronde pruim, wat afgeplat bij de steel. De naad is vooral duidelijk aan de onderste helft van de vrucht.  Roodpaars met licht bruine vlekjes en met opvallend dik bleek gekleurd dauw. De donzige middellange stevige groene steel zit in een nauwe holte. De steen laat los. Groenig tot dofgeel stevig, fijn en iets doorzichtig  vruchtvlees, smeltend sappig, met een rijk wijnachtig aroma.

Lijkt veel op de Royale du Tours, maar is iets lichter.

Langzame groeier, die op den duur een grote boom met een dichte brede kroon vormt en sterk donzige grijs-witte loten heeft. De boom draagt regelmatig maar matig.

Tweede helft augustus - begin september.

Zeer oude Franse pruim, al in 1690 beschreven.

Middelgrote vrijwel ronde tot grote ei-ronde wat scheve vrucht. Tamelijk diepe naad en dunne lange steel. Van boven en van onderen wat afgeplat. De ene helft is wat forser dan de andere. Dikke taaie schil. Glanzend donker rood met lila-rode blos en aan de schaduwzijde wat paars met een blauw dauw. Rijpe vruchten zien er paars uit. Veel kleine roestpuntjes vooral aan de onderzijde waar ze soms geelgrijze roestvlekjes vormen. Geelwit vruchtvlees, bij de steel wit geaderd, matig sappig, zeer vast, zeer zoet met wat rins en een fijn aroma. De steen laat niet goed los.

Sterke steile groeier, die een grote sterke boom vormt, die oud kan worden en snel, rijk en regelmatig draagt.

Vraagt lichte en niet te natte bodem en een beschutte niet te koele standplaats.

Eind augustus – begin september.

Dessert.